De ondernemingsraad houdt zich voortaan ook bezig met duurzaamheidsrapportering
De ondernemingsraad krijgt een rol toebedeeld in de duurzaamheidsrapportering waartoe de Corporate Sustainability Reporting Directive verplicht.
Europa heeft de afgelopen jaren aan ondernemingen een aantal verplichtingen opgelegd inzake het bijhouden en publiceren van informatie over hun impact op mens en milieu. De Belgische wetgever voorziet nu een rol voor de ondernemingsraad in het kader van de Corporate Sustainability Reporting Directive. Deze krijgt de bevoegdheid om kennis te nemen van de duurzaamheidsinformatie, die te bespreken en er eventueel een advies over uit te brengen.
Corporate Sustainability Reporting Directive
Met de wet van 2 december 2024 heeft de wetgever de Europese Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) omgezet naar het Belgisch recht. Deze richtlijn verplicht ondernemingen om informatie openbaar te maken over hun impact op mens en milieu. Concreet gaat het om een hele reeks rapporteringsverplichtingen, die ook een impact hebben op het collectief overleg binnen ondernemingen. De ondernemingen die onder het toepassingsgebied van de CSRD vallen, zijn namelijk verplicht om de verzamelde duurzaamheidsinformatie aan de ondernemingsraad te communiceren en te bespreken.
Toepassingsgebied en inhoud van de rapportering
De verplichting om duurzaamheidsinformatie te verzamelen en bekend te maken, waaronder aan de ondernemingsraad, geldt voor alle beursgenoteerde bedrijven en grote ondernemingen die gedurende ten minste 2 boekjaren 2 van de volgende 3 criteria overschrijden:
- € 25 miljoen balanstotaal
- € 50 miljoen netto-omzet
- Gemiddeld 250 werknemers
Voor de grote beursgenoteerde ondernemingen geldt de verplichting reeds vanaf januari van dit jaar. Andere grote ondernemingen doen verplicht vanaf januari 2026 verslag over hun boekjaar 2025, terwijl beursgenoteerde kmo’s vanaf januari 2027 over boekjaar 2026 moeten rapporteren.
Het duurzaamheidsrapport moet informatie bevatten over de impact van de onderneming op mens en milieu, evenals de impact van mens en milieu op de onderneming. Dit beperkt zich niet tot de eigen activiteiten. De impact van de hele waardeketen, van toeleveranciers tot eindgebruikers, moet in beeld worden gebracht. Deze informatie moet worden opgenomen in het jaarlijkse managementrapport van de onderneming.
Rapportering van de duurzaamheidsinformatie aan de ondernemingsraad
In het kader van deze verplichte duurzaamheidsrapportering krijgt de ondernemingsraad er een taak bij. De ondernemingsraad is voortaan bevoegd om jaarlijks kennis te nemen van de duurzaamheidsinformatie, deze te bespreken en, indien nodig, er een advies over uit te brengen.
Hiertoe moet de vennootschap de duurzaamheidsinformatie en de wijze waarop deze werd verkregen, overmaken aan de ondernemingsraad, waarbij de volgende timing gerespecteerd moet worden:
- De OR moet de informatie ontvangen binnen de drie maanden na afsluiting van het boekjaar en ten minste vijftien dagen voor de vergadering waarop de bespreking plaatsvindt.
- De bespreking dient plaats te vinden vóór de algemene vergadering waarop de aandeelhouders de jaarrekening goedkeuren. Tijdens de algemene vergadering wordt het verslag van de bespreking in de ondernemingsraad aan de aandeelhouders voorgelegd.
Indien er binnen de onderneming geen ondernemingsraad bestaat, wordt die taak door het Comité voor preventie en welzijn op het werk (CPBW) opgenomen. Bij gebrek aan CPBW is de vakbondsafvaardiging aan zet.
Te onthouden?
Ondernemingen die onder het toepassingsgebied van de CSRD vallen, moeten hun ondernemingsraad verplicht betrekken bij de duurzaamheidsrapportering. De ondernemingsraad heeft de bevoegdheid om kennis te nemen van de informatie, ze te bespreken en er eventueel een advies over uit te brengen.
Bron: Wet van 2 december 2024 betreffende de openbaarmaking van duurzaamheidsinformatie door bepaalde vennootschappen en groepen en de assurance van duurzaamheidsinformatie en houdende diverse bepalingen, BS 20 december 2024.