De mondelinge mededeling van een zwangerschap valt buiten de scope van de GDPR
De Gegevensbeschermingsautoriteit heeft een klacht van een werkneemster over de bekendmaking van haar zwangerschap door haar werkgever afgewezen.
Context
Een werkneemster had ouderschapsverlof aangevraagd bij haar werkgever. Deze maakte vervolgens de zwangerschap van de werkneemster mondeling bekend aan haar collega's. Hierop diende de werkneemster een klacht in tegen de werkgever bij de Gegevensbeschermingsautoriteit (GBA).
Besluit
De Geschillenkamer van de GBA besloot de klacht zonder gevolg te klasseren, zowel omwille van juridisch-technische redenen als omwille van opportuniteitsoverwegingen.
In de eerste plaats heeft de werkneemster niet bewezen dat de werkgever haar zwangerschap daadwerkelijk heeft bekendgemaakt.
Hoewel de mondelinge verstrekking van persoonsgegevens een "gegevensverwerking" kan vormen, is dat hier bovendien niet het geval.
Er is sprake van handmatige of niet-geautomatiseerde gegevensverwerking als de verwerking niet wordt uitgevoerd met behulp van een computersysteem en zonder menselijke tussenkomst. Dat soort gegevens vallen enkel binnen de scope van de GDPR wanneer ze “zijn opgeslagen of bedoeld zijn om te worden opgeslagen in een bestand”. Een bestand is een gestructureerd geheel van persoonsgegevens. In dit dossier was daar geen sprake van.
Tot slot besloot de GBA dat, wat de opportuniteit betreft, de klacht "geen significante maatschappelijke of persoonlijke gevolgen" heeft. Ze is daarom van mening dat het onderzoeken van de klacht geen prioriteit heeft.
Te onthouden?
Deze beslissing van de GBA herinnert ons eraan dat de GDPR niet van toepassing is op mondelinge mededelingen, op voorwaarde dat deze gebaseerd zijn op niet-geautomatiseerde gegevensverwerking en niet in een bestand zijn opgenomen (of daartoe zijn bestemd). Deze juridisch-technische reden rechtvaardigt beslissing van de GBA.
Bron: GBA, beslissing 26/2025 van 17 februari 2025, beschikbaar op www.gegevensbeschermingsautoriteit.be.