Uber-chauffeurs zijn werknemers volgens het Arbeidshof van Brussel
In een arrest van 13 juni 2025 oordeelt het Arbeidshof van Brussel dat een Uber-chauffeur zijn beroepsactiviteit uitoefent als werknemer, en niet als zelfstandige.

Feiten
Een zelfstandige Uber-chauffeur had na het aangaan van de zelfstandige samenwerking, zijn situatie voorgelegd aan de Administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie voorgelegd, met het oog op het laten vaststellen van zijn statuut als werknemer.
De Commissie oordeelde daarop dat de chauffeur inderdaad niet als zelfstandige, maar als werknemer in loondienst werkte.
Procedure voor de Franstalige arbeidsrechtbank van Brussel
Via een procedure voor de Franstalige arbeidsrechtbank van Brussel, wist Uber evenwel het vermoeden van een tewerkstelling als werknemer te weerleggen.
Bij vonnis van 21 december 2022 oordeelde de arbeidsrechtbank dat de chauffeur wel degelijk als zelfstandige werkte, en niet als werknemer.
De chauffeur en de RSZ tekenden beroep aan tegen deze beslissing.
Het arrest het arbeidshof van Brussel
Om het statuut van de chauffeur te bepalen, onderzoekt het arbeidshof de zaak aan de hand van de specifieke criteria die gelden in sector van het personenvervoer voor rekening van derden (zoals taxi’s).
Volgens het hof zijn er in dit geval 8 van de 9 wettelijke criteria vervuld die wijzen op een statuut van werknemer. Enkel het criterium volgens hetwelk een zeker volume aan prestaties gegarandeerd wordt, is niet vervuld.
Daarom geldt er het vermoeden dat de chauffeur een werknemer is.
Daarna onderzoekt het arbeidshof, of Uber erin slaagt om dit vermoeden te weerleggen. Volgens het hof slaagt Uber hier niet in:
- Zo is de chauffeur niet vrij om zelf zijn werktijd te organiseren: hij kiest enkel wanneer hij zich aanmeldt op de app, maar heeft dan geen controle over wanneer en hoeveel ritten hij krijgt.
- Ook bij de uitvoering van de ritten heeft de chauffeur geen autonomie: hij kent de bestemming op voorhand niet, mag het traject niet kiezen en de prijs wordt eenzijdig via de app bepaald.
- Daarnaast benadrukt het Hof dat Uber hiërarchische controle uitoefent via permanente geolocalisatie en een evaluatiesysteem, waarmee Uber de prestaties van de chauffeurs in “real time” kan volgen en hen eventueel kan sanctioneren.
Volgens het hof is de Uber-chauffeur dan ook een werknemer.
Te onthouden?
Om de aard van een arbeidsrelatie te bepalen, bestaan in bepaalde sectoren, zoals het personenvervoer voor de rekening van derden, een wettelijk vermoeden van “werknemerschap” wanneer een aantal specifieke criteria vervuld zijn.
Dit vermoeden is weerlegbaar, door het bewijs te leveren dat er sprake is van:
- vrijheid in de organisatie van de arbeidstijd,
- vrijheid omtrent de organisatie van de uitvoering van het werk,
- de afwezigheid van hiërarchisch toezicht.
In deze zaak besluit het arbeidshof van Brussel dat:
- bijna alle criteria voor het vermoeden van het statuut van werknemer vervuld zijn,
- de chauffeur geen autonomie heeft inzake de arbeidstijd of de organisatie van het werk, en
- hij wél onder hiërarchisch toezicht staat.
Bijgevolg is er sprake van een arbeidsovereenkomst.
Bron: Arbh. Brussel, 13 juni 2025, A.R. 2023/AB/11 - 2023/AB/191