Publieke sector
31 oktober 2022

Nieuw deontologisch kader voor federale ambtenaren

De federale omzendbrief nr. 706 van 5 juli 2022 hernieuwt het oude deontologisch kader van de federale administratie, dat dateert van 2007. Hieronder overlopen wij de belangrijkste punten en de nieuwigheden van de omzendbrief.

1.    Draagwijdte van de omzendbrief

De nieuwe omzendbrief nr. 706 van 5 juli 2022 vervangt het oude deontologisch kader van de omzendbrief nr. 153 van 17 augustus 2007.

De omzendbrief benadrukt opnieuw dat ze niet niet-normerend is. Ze is gebaseerd op principes die voornamelijk aan bestaande wet- en regelgeving zijn ontleend. Het deontologisch kader bundelt en licht de gemeenschappelijke waarden en gedragsregels die van de personeelsleden wordt verwacht, toe.

De waarden die in de nieuwe omzendbrief worden benadrukt zijn respect, vertrouwen, professionalisme, algemeen belang en maatschappelijke verantwoordelijkheid.

2.    Nieuwigheden

De nieuwe omzendbrief neemt de belangrijkste richtlijnen van de oude omzendbrief over en introduceert een aantal nieuwigheden in het deontologische kader, die specifiek zijn voor enkele actuele maatschappelijke vraagstukken. Dit zijn:

  • De maatschappelijke verantwoordelijkheid

Federale ambtenaren moeten nu blijk geven van “maatschappelijke verantwoordelijkheid”. Concreet moeten ze rekening moeten houden met de gevolgen van hun beslissingen voor mens en omgeving. Ze moeten bewust omgaan met de openbare middelen, goederen, installaties en diensten die hen zijn toevertrouwd, en moeten er zo zorgvuldig mogelijk en op een economisch verantwoorde en duurzame manier mee omgaan.

Voorbeelden die worden gegeven zijn minder papieren afdrukken, of de computers en elektronische apparaten op het einde van de werkdag uitschakelen.

  • Bescherming van de persoonsgegevens

De omzendbrief benadrukt de bescherming van persoonsgegevens en herinnert eraan dat de personeelsleden de vertrouwelijkheid van de door hen verwerkte gegevens moeten waarborgen en in voorkomend geval de instructies van de DPO officer moeten opvolgen.

Zo moet de federaal ambtenaar die toegang heeft tot het Rijksregister, elk privéverzoek om dergelijke informatie te bezorgen, resoluut afwijzen.

  • Gezonde en veilige werkomgeving

Op de werkplek moeten de ambtenaren zorg dragen voor zowel hun eigen veiligheid, gezondheid en mentale veerkracht als die van hun collega's. Indien een ambtenaar getuige is van een situatie die een potentieel gevaar vormt voor de veiligheid of (mentale) gezondheid van een andere persoon, dient hij onmiddellijk zijn leidinggevende op de hoogte te brengen.

  • Samenwerking inzake opleiding en zelfontwikkeling

Het recht en de plicht om de eigen competenties te ontwikkelen door onder meer het volgen van opleidingen was al prominent aanwezig in de vorige omzendbrief. De nieuwe omzendbrief benadrukt echter de noodzaak om deze kennis binnen en buiten de organisatie te delen en zo de “interne leercultuur” te bevorderen.

De nieuwe omzendbrief benadrukt ook de rol van leidinggevenden om hun team te informeren over de te behalen doelstellingen, en hen de instrumenten aan te reiken om hun vaardigheden te ontwikkelen, enz.

Bron: Omzendbrief nr. 706 “Hernieuwde aandacht voor het deontologisch kader voor federale ambtenaren.”, B.S., 5 juli 2022.

We use cookies to track usage and preferences Legal terms I Understand