Einde van de arbeidsovereenkomst
11 juli 2024

Geen recht op vergoeding voor outplacement wanneer dringende reden wordt afgewezen

Wanneer een ontslag om dringende reden niet erkend wordt, dan kan de werknemer niet automatisch een vergoeding eisen voor het ontbreken van een outplacementaanbod.

Volgens het Arbeidshof van Brussel is het ontbreken van een outplacementaanbod op zich geen fout wanneer een ontslag om dringende redenen niet erkend wordt.

Context

Een werknemer vecht zij ontslag om dringende reden aan en vordert in dat kader een schadevergoeding voor het ontbreken van een outplacementaanbod. Hij begroot zijn schade op het bedrag dat ter compensatie van dit aanbod ingehouden had kunnen worden op zijn opzegginsvergoeding.

Het Arbeidshof van Brussel wijst de dringende reden af en veroordeelt de werkgever tot betaling van een opzeggingsvergoeding. De vraag rijst of de werknemer recht heeft op een schadevergoeding voor het feit dat hij geen outplacementaanbod ontvangen had.

Beslissing van het Hof

Overeenkomstig de wet van 5 september 2001 ter verbetering van de werkgelegenheidsgraad van werknemers moet een werknemer die wordt ontslagen met een opzeggingstermijn van ten minste 30 weken een outplacementaanbod krijgen. Artikel 11/3 van deze wet sluit een dergelijk aanbod uitdrukkelijk uit in geval van ontslag om dringende redenen.

Op basis hiervan oordeelt het Hof dat de werkgever geen fout beging door geen outplacement aan te bieden.

Het Hof voegt hieraan toe dat het ontbreken van outplacementaanbod op zich niet volstaat om een bepaalde schade in hoofde van de werknemer aan te tonen: indien de werkgever wél outplacement had aangeboden, dan zou een bedrag ter compensatie hiervan in mindering zijn gebracht op de opzeggingsvergoeding.

De vordering tot betaling van een schadevergoeding wordt bijgevolg afgewezen.

Te onthouden?

Het feit dat een werkgever geen outplacement heeft aangeboden wanneer een ontslag wegens dringende reden afgewezen wordt, is op zich niet foutief.

Bovendien lijdt de werknemer geen schade daar de kosten van deze outplacement door hem gedragen zouden moeten worden door de inhouding op zijn opzeggingsvergoeding.

Bron: Arbh. Brussel, 24 januari 2024, A.R. 2020/AB/508, onuitgeg.


We use cookies to track usage and preferences Legal terms I Understand