Een Dimona OUT volstaat niet als kennisgeving van een ontslagbeslissing

Context

Nadat een werknemer haar arbeidsongeschiktheid met een maand verlengt, stelt de werkgever voor om een einde te stellen aan de arbeidsovereenkomst met een geantidateerde C4, hetgeen de werknemer weigert. Ze meldt dit voorstel aan de Inspectie Toezicht op de Sociale Wetten, die aangeeft dat een Dimona OUT voor haar werd geregistreerd op de dag van de verlenging van haar arbeidsongeschiktheid.

Op basis van deze Dimona OUT, stelt de werkneemster dat ze ontslagen werd en eist ze bijgevolg van haar werkgever de betaling van een opzeggingsvergoeding. De werkneemster dient zich niet meer aan op het werk en rechtvaardigt haar afwezigheid niet langer.

De werkgever ontkent dat hij over was gegaan tot ontslag en voert aan dat de Dimona OUT per vergissing door het sociaal secretariaat was uitgevoerd. De drie aangetekende brieven waarin de werkgever de werkneemster in gebreke stelt voor haar ongerechtvaardigde afwezigheid, blijven onbeantwoord. Vervolgens wordt de werkneemster ontslagen wegens dringende reden, hetgeen de werkneemster betwist.

De beslissing van het Hof

Volgens het Hof bewijst de werkneemster niet dat de werkgever haar in kennis heeft gesteld van een beslissing tot ontslag op de dag van de verlenging van haar arbeidsongeschiktheid.

In overeenstemming met artikel 870 van het oud gerechtelijk wetboek en artikel 8.4 van het nieuw burgerlijk wetboek, moet de werkneemster aantonen dat de werkgever op ondubbelzinnige wijze heeft beslist om haar arbeidsovereenkomst te beëindigen, en dat deze beslissing haar ter kennis werd gebracht.

Het Hof stelt vast dat :

• de werkgever niet duidelijk en op ondubbelzinnige wijze kenbaar heeft gemaakt dat hij de arbeidsovereenkomst wou beëindigen, aangezien hij aangaf dat de Dimona OUT een vergissing was;
• de werkneemster geen brief van de werkgever ontving, maar slechts bij toeval geïnformeerd werd van de Dimona OUT door de sociale inspectie;
• het gedrag van de partijen na de vermeende ontslagdatum deze houding bevestigt: de werkneemster stuurde haar werkgever de dag na de verlenging van haar arbeidsongeschiktheid opnieuw een medisch attest, hetgeen bevestigt dat ze niet op de hoogte was gesteld van een ontslagbeslissing.

Volgens het Hof was het feit dat de werkgever geen verklaring gaf voor de fout met betrekking tot de Dimona OUT niet voldoende om een voornemen tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst af te leiden.

Bijgevolg bevestigt het Hof de rechtmatigheid van het ontslag wegens dringende reden.

Te onthouden?

Volgens het Arbeidshof van Brussel kan een Dimona OUT niet gelijkgesteld worden met een ontslaghandeling, als daarmee niet kan worden vastgesteld dat de werkgever een ondubbelzinnige beslissing heeft genomen om de arbeidsovereenkomst te beëindigen en als deze beslissing niet individueel door de werkgever aan de werknemer werd gecommuniceerd.

Bron: Arbh. Brussel, 20 maart 2024, A.R. 2022/AB/371.