Vanaf 1 april 2025 kunnen ontslagen werknemers gebruik maken van inzetbaarheidsbevorderende maatregelen

De wet van 15 mei 2024 voorziet een vergoedingsregeling voor kosten inzake opleiding of begeleiding om een nieuwe job te vinden of een professionele activiteit als zelfstandige te ontwikkelen.

Wat is het?

Met inzetbaarheidsbevorderende maatregelen worden alle maatregelen bedoeld die door professionele dienstverleners worden verstrekt en waaraan ontslagen werknemers kunnen deelnemen om een job te vinden of een activiteit als zelfstandige te ontwikkelen.

Hierbij kan in het bijzonder gedacht worden aan bijkomende outplacement, coaching, opleiding, omscholing of loopbaanbegeleiding.

Hoe werkt het?

Werknemers die ontslagen worden en waarvan de opzegtermijn in theorie minstens 30 weken bedraagt, hebben recht op een eenmalig forfaitair budget van 1.800,00 EUR aan inzetbaarheidsbevorderende maatregelen. Bovendien hebben werknemers het recht om tijdens de opzegtermijn afwezig te zijn van het werk om gebruik te maken van deze maatregelen en daarbij hun normale loon te behouden.

Om de terugbetaling te bekomen, moet de werknemer binnen de vastgelegde termijnen een aanvraag indienen bij de RVA.

Financiering

Voor de werkgever zijn er geen extra kosten verbonden aan de terugbetaling. Het eenmalig forfaitair budget wordt namelijk gefinancierd door de werkgeversbijdragen die verschuldigd zijn op een deel van het loon verdiend tijdens de opzeggingstermijn of op eenzelfde deel van de opzeggingsvergoeding.

De werkgever dient dan ook niet rechtstreeks tussen te komen. De RSZ int de werkgeversbijdragen en stort ze door aan de RVA, dat op zijn beurt de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen aan de werknemer terugbetaalt.

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 april 2025 en is van toepassing op ontslagen die vanaf die datum plaatsvinden.

Te onthouden?

Vanaf 1 april 2025 kunnen ontslagen werknemers met een theoretische opzegtermijn van ten minste 30 weken een terugbetaling krijgen van de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen die ze na hun ontslag volgen.

Deze maatregelen omvatten in het bijzonder gepersonaliseerde begeleiding, opleidingen, loopbaanbegeleiding of aanvullende outplacementbegeleiding.

Bronnen: Wet van 15 mei 2024 houdende wijziging van het sociaal strafrecht en diverse arbeidsrechtelijke bepalingen, B.S., 21 juni 2024; Koninklijk besluit van 12 juni 2024 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, zh), en § 1nonies van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, betreffende de procedure voor de terugbetaling van inzetbaarheidsbevorderende maatregelen.