Het openbaar maken van bedrijfsgeheimen kan tot een ontslag wegens dringende reden leiden
Een werknemer die bedrijfsinformatie van zijn werkgever openbaar maakt en interne communicatie verspreidt, schendt het vertrouwen dat essentieel is voor de arbeidsrelatie. Dergelijk gedrag rechtvaardigt een ontslag om dringende reden.

Feiten
De zaakvoerders van een bedrijf ontvingen van een leverancier een schriftelijke getuigenverklaring die was opgesteld door één van hun werknemers. Uit die getuigenverklaring maakten ze de volgende feiten op:
- De werknemer van het bedrijf heeft schriftelijk getuigd in een zakelijk geschil waarin noch hijzelf noch de werkgever partij waren;
- De werknemer deelde daarbij bedrijfsinformatie en persoonlijke informatie over de bedrijfsleiders mee. Hij vertelde in het bijzonder over een gesprek waarin de bedrijfsleiders het hadden over hun problemen met de leverancier;
- De uitspraken van de werknemer brengen de zakelijke en persoonlijke relatie met deze leverancier in gevaar, wetende dat er een vriendschappelijke relatie bestaat tussen de bedrijfsleiders en de leverancier.
De werkgever was van mening dat het vertrouwen in de werknemer onherstelbaar was geschaad. Hij ging over tot het ontslag wegens dringende reden. De werknemer vocht het ontslag aan en vroeg om de werkgever te veroordelen tot betaling van een opzegvergoeding.
Beslissing van het Arbeidshof
Het Arbeidshof herinnert aan de twee aspecten van de wettelijke geheimhoudingsplicht waaraan alle werknemers zijn onderworpen. Het is verboden:
- Een bedrijfsgeheim op onrechtmatige wijze te verkrijgen, te gebruiken of openbaar te maken;
- Geheimen bekend te maken waarvan de werknemer kennis heeft gekregen tijdens de uitoefening van zijn beroepsactiviteit.
In dit geval stelde het Hof vast dat de fout die de werkgever opwierp uitsluitend betrekking had op het tweede deel van deze verplichting. Het heeft de inhoud van de verklaring dan ook vanuit dat standpunt onderzocht en oordeelde als volgt:
- De getuigenverklaring bevat zakelijke en persoonlijke informatie, waaronder het gesprek van de bedrijfsleiders over de relatie met de leverancier;
- Alleen een werknemer van het bedrijf kan over deze informatie beschikken;
- Door deze getuigenverklaring op te stellen, heeft de werknemer deze informatie bewust openbaar gemaakt;
- De verklaring van de werknemer betekent hoogstwaarschijnlijk het einde van de zakelijke relatie tussen de werkgever en de leverancier, evenals van de persoonlijke relatie tussen de bedrijfsleiders en de leverancier;
- Het gevoel van vertrouwen dat de arbeidsrelatie moet kenmerken wordt versterkt door de nauwe relaties in een bedrijf met slechts een beperkt aantal medewerkers. Een werkgever moet met personeelsleden kunnen praten over zijn relatie met leveranciers, zonder bang te hoeven zijn dat werknemers zullen onthullen wat hij heeft gezegd, laat staan deze uitspraken van een bepaalde connotatie zouden voorzien.
Het Hof leidt uit zijn redenering af dat de houding van de werknemer het in hem gestelde vertrouwen onmiddellijk en onherstelbaar heeft geschaad. Het ontslag om dringende reden wordt daarom bevestigd. De werkgever is geen opzeggingsvergoeding verschuldigd.
Te onthouden?
De nauwe relaties tussen een werkgever en een werknemer, in het bijzonder als gevolg van het beperkte aantal werknemers in het bedrijf, versterken het vertrouwen dat de arbeidsrelatie moet kenmerken. Het schenden van dit vertrouwen, door bedrijfsinformatie vrij te geven, kan een ontslag om dringende reden rechtvaardigen.
Bron: Arbh. Brussel, 24 mei 2024, R.G. n°2021/AB/235, onuitgeg.